OVERWEGING ZONDAG 16 mei 2021 VOORGANGER: PASTOR J. ADOLFS
LEZINGEN: HANDELINGEN 1,15-17. 20a.20c-26; JOHANNES 17,11b-19
Het is vandaag een loze zondag: een zondag tussen de twee feesten Hemelvaartsdag en Pinksteren. Je zou dan kunnen zeggen dat er in deze viering misschien niet veel te beleven valt. Nou opgepast: de beide Bijbellezingen houden ons vandaag goed wakker. Deze zondag in het kerkelijk jaar heeft een bijnaam: Wezenzondag. U weet toch wat een wees is? Ik ben tien maanden in mijn jeugd van mijn vierde tot bijna mijn vijfde jaar, samen met mijn oudere zusje, halfwees geweest. Mijn moeder overleed bij de geboorte van een kindje, samen met dit jongetje, in het kraambed. Mijn vader bleef met ons achter en mijn opa van moeders kant was in die periode toeziend voogd. Gelukkig voor mijn vader en ook voor ons hertrouwde hij weer na een jaar en dit is voor hem en ons een groot geluk geweest.
Afgelopen donderdag op Hemelvaartsdag vierden wij als herdenking het afscheid van Jezus van zijn leerlingen en de wereld na zijn dood en verrijzenis. Hij liet hen dus eigenlijk min of meer als wezen achter. Ik gebruikte op Hemelvaart in mijn overweging het woord verlatingsangst. Afscheid nemen van iemand of iets wat je dierbaar is, kan je achterlaten met verdriet, gemis,monmacht en onzekerheid: het kan kort zijn, tijdelijk of definitief, maar je voelt je dan verlaten of misschien zelfs in de steek gelaten. Daar zijn ook uit de praktijk van ons dagelijks leven veel voorbeelden van.
Vandaag hoorden wij als laatste woorden van het evangelie ‘…..toegewijd mogen zijn.’ In het Groot Woordenboek der Nederlandse Taal, wij noemen dit ook wel De Dikke van Dale, staat als omschrijving van ‘toegewijd zijn’: Je geven aan de belangen van iemand die jou dierbaar is.´ Op deze ´loze’ zondag horen wij ‘aan wie en aan wat?’ dit van ons als christenen wordt gevraagd.
Toegewijd zijn: dan kun je denken aan personen als ouders, partner, kinderen, vrienden en bekenden. Maar ook aan plaatsen en gebouwen: stad, dorp ,wijk, kerk en denken wij ook maar eens aan het Noorddamcentrum hier, dat wij straks wegens verbouwing ruim een half jaar moeten verlaten. En dan hopen dat de nieuwe plek ons vertrouwd zal worden en zijn! Vergeten wij ook niet ‘als toegewijd zijn’ gebeurtenissen als leeftijd, werk en positie te noemen. Dit kan vragen om een vervanging: een nieuwe persoon, plaats of situatie. Belangrijk is dan, dat je inspiratie hebt om dit waar te kunnen maken, dat je er bezield van raakt.
De leerlingen hadden tijd nodig om dit te ontdekken en in te zien: er moest nog een Geest komen overwaaien, die hen enthousiast maakte om niet bij de pakken te blijven neerzitten, maar aan de slag te gaan. Met Pinksteren horen wij daar meer over: hoe dit is gegaan. Dat wij hier aanwezig zijn en met vele anderen ons christenen willen en mogen noemen, is daar een resultaat van. De boodschap van Jezus, die Hij heeft voorgedaan en voorgeleefd, is doorgegeven zelfs wereldwijd tot op de dag vandaag en is ook bestemd voor de toekomst die ons wacht. Maar allemaal weten wij, dat er nog heel wat werk aan de winkel is.
Ik zeg het altijd weer: geloven is een werkwoord, want je bent er nooit mee klaar. Denken wij alleen al maar de vrede en het stoppen van oorlog en geweld: ik heb de beelden op de televisie vanmorgen uit Israël en de Gazastrook ook weer gezien. Mag ik eindigen met een woordspelletje? In het woord geloven zitten letters die het woord love aangeven: liefde. Wat liefde betreft: daar kunnen wij over meepraten en van getuigen. Met dankbaarheid en plezier, maar misschien ook met pijn, verdriet en zeer. Ook de leerlingen van Jezus hebben dit ‘aan den lijve’ in hun tijd ervaren. Omdat zij niet als wezen achterbleven konden zij dit aan. Mag ik als wens voor u en mijzelf zeggen: ook wij niet!
Op naar Pinksteren!
Amen.